Een bericht over haken door Juliette op zondag 19 oktober 2014
In de kleine flat van opa en oma probeerde ik – nieuwsgierig als ik was – altijd een glimp op te vangen van de mysterieuze plekjes. Maar helaas zag ik meestal alleen de bekende woonkamer, waar we met z’n allen om de salontafel zaten; opa in zijn stoel bij het raam, oma in haar groene stoel en wij met z’n zessen op, voor of naast de driezitsbank.
Op een dag zag ik bij het vertrek de hoek van het bed; de deur van de slaapkamer stond nooit open! Maar nu viel mijn oog op de grote gehaakte sprei. Zo te zien had mijn oma garen in alle kleuren van de regenboog ingezet om deze monsterklus klaar te spelen. Een sprei, van 196 aan elkaar gehaakte vierkantjes, of, zoals ze nu over het algemeen genoemd worden, granny squares.
Een heel toepasselijke naam in dit geval. Toch vind ik deze generieke benaming de sprei geen eer aandoen. Squares zoals deze zie je namelijk niet vaak. De meeste granny squares worden gehaakt vanuit het midden van het vierkant. Met verschillende kleuren en steektechnieken vorm je een steeds groter vierkant. Daarentegen haakte oma voor elk vierkantje om te beginnen een raster. Daar bovenop zigzagde ze vier rijen driedubbele stokjes. Daardoor creëerde ze veel meer diepte in het vierkantje.
Betoverend vond ik het; een enorme kleurendeken, die me deed denken het kinderboek Juniper van Monica Furlong. Daarin wordt een jong meisje opgeleid door een doran, een genezeres met magische krachten die door de omgeving werd bestempeld als heks. Onderdeel van de opleiding was het maken van een eigen, beschermende doek. Oma had in mijn ogen ook zo’n deken gemaakt. Toen ik de kans kreeg om de deken mee te nemen naar huis, kon ik die natuurlijk niet laten lopen.
Maar de afgelopen jaren heeft de enorme, zware sprei werkeloos in een hoek van de woonkamer gelegen. Eerlijk gezegd vond ik hem te log voor mijn bed of bank. Hoewel ik er geen doel voor had, kon ik het natuurlijk niet over mijn hart verkrijgen om hem weg te doen.
En gelukkig maar, want dit najaar kreeg de sprei eindelijk een tweede leven. Een tante gaf mij een poef op pootjes, met een blauwgeruit dekje, dat nodig aan vervanging toe was. Een ideaal project om de sprei voor op te geven. Eén voor één pulkte ik de vierkantjes van elkaar en koos de mooiste 48 ervan uit; 16 voor de bovenkant en 8 voor elke zijkant.
Ik haakte ze met vaste steken stevig aan elkaar met donkergrijze wol. Eerst maakte ik een lap van 4 bij 4 voor de bovenkant, toen vier lappen van 2 bij 4 voor de zijkanten. Ten slotte haakte ik een koord, waarmee ik aan de onderkant de lappen bij elkaar bond. Nu zit de hoes strak om de poef heen, maar ik kan hem er ook makkelijk af halen om te wassen.
Ik ben benieuwd wat oma ervan zou zeggen.